De solistische topklasse van het Nederlands Kamerkoor is in goede handen bij Grete Pedersen, dirigent van het wereldberoemde Noors Solistenkoor, in een muzikale hervertelling van de klassieke Orpheus-mythe. Henzes Orpheus Behind the Wire, geschreven voor twaalfstemmig a-capellakoor, plaatst Orpheus en Eurydice in een hedendaagse politiestaat en geeft een moderne blik op de archetypes van verlies en worsteling. Het werk wordt gerekend tot de meer toegankelijke composities van Henzes repertoire en bestaat uit een spel van klanken en lijnen die soms transparant en soms overweldigend zijn, en perfect aansluiten bij de invoelende slag van Grete Pedersen.
De Orphic Songs van Ørjan Matre, gecomponeerd in opdracht van het Noors Solistenkoor, gaan in op het orfisme, een religieuze beweging die ontstond in de oud-Griekse cultuur en was gericht op de Orpheus-mythe. Matre baseerde zich voor dit werk op de oude Griekse poëzie en verschillende orfische hymnes. Deze twee werken worden door Pedersen afgewisseld met werken van Monteverdi en vormen zo een oude én moderne muzikale blik op de mythische Orpheus uit de Oudheid.